




In Rijmenam wordt Sint-Maarten Sinte-Mette genoemd. Het is in deze regio een oud gebruik om aan de vooravond van Sint-Maarten een sint-maartensvuur te ontsteken. In Rijmenam stierf deze traditie echter een stille dood rond het jaar 1900. Sinds 1977 is de viering terug een echt lichtfeest. Men gaat er soms van uit dat het lichtfeest te maken heeft met het begin van de winter. Het vee werd dan uit de weiden geleid en de pacht werd uitbetaald. Het was dan ook de traditie om het sint-maartensvuur te ontsteken. Sint-Maarten is de heilige Martinus van Tours. Hij was een ex-soldaat van het Romeinse leger en werd later bisschop. Hij leefde in de vierde eeuw. Na zijn heiligverklaring werd hij de patroonheilige van o.a. de armen en de bedelaars, de wijnbouwers en de kinderen. Op heel wat plaatsen in Vlaanderen wordt Sint-Maarten gevierd als kinderheilige, meestal lijken de sint-maartensgebruiken dan op de sinterklaastradities.
In Rijmenam gaat de viering van start met een optocht. De deelnemers dragen dan uitgeholde bieten met een kaarsje, fakkels, lantaarns en zaklampen mee. Na de tocht komen zij samen aan het heemmuseum, waar het Sinte-Mettevuur wordt aangestoken. Iedereen krijgt dan ook een gelegenheidsvaantje met daarop een afbeelding van Sint-Martinus.