Waarom is Piet eigenlijk zwart?

Waarom is Piet eigenlijk zwart?

Sinterklaas is volgens de overlevering bisschop Nicolaas van Myra uit de 4de eeuw. Vandaag is hij alom gekend als de kindervriend die op 6 december pakjes en snoepgoed brengt. Sinds de tweede helft van de negentiende eeuw wordt de Sint daarbij vergezeld door Piet. Een blik op de geschiedenis van het Sinterklaasfeest maakt duidelijk hoe het komt dat Piet zwart is.

Sinds de middeleeuwen wordt zwart geassocieerd met het kwade of het slechte. Mensen waren toen erg bekommerd om de duivel en de hel en de Bijbeltegenstelling tussen zwart en wit werd letterlijk gemaakt. Veel heiligen werden in die periode voorgesteld met een duivel aan hun voeten, als een symbool van het kwade dat om de hoek loert. Er circuleerden heel wat benamingen voor de duivel, zoals Zwarte Pieter (Schwarze Peter), Ruprecht en Pieterman en variaties op Beëlzebub zoals Bugaboo en Bullebak. Ook Sint-Nicolaas werd overal in Europa afgebeeld met een angstaanjagende demon aan zijn zijde. In Oostenrijk was dat bijvoorbeeld Krampus, in Duitsland Ruprecht. Die figuren hadden zwartgemaakte gezichten en droegen duivelsmaskers.

Nog in de middeleeuwen waren er op kloosterscholen feesten bekend waarbij rond 6 december een kind verkozen werd dat zich als Sint-Nicolaas mocht verkleden. Medeleerlingen maakten hun gezichten zwart om duivels uit te beelden. Het hele gevolg liep in stoet door het dorp en klopte op vensters en deuren om geld en eten te schooien. Geregeld ontaardden dat in strooptochten waarop het er wild en gewelddadig aan toe ging.

Vanaf de negentiende eeuw geeft de burgerij de voorkeur aan meer huiselijke vieringen van Sinterklaas, waarop pakjes werden uitgedeeld en lekkernijen werden gegeten. Via allerlei publicaties werd de interpretatie van Sinterklaas als kindervriend gestimuleerd, althans voor brave kinderzielen. Toonaangevend was het boekje Sinterklaas en zijn Knecht (1850) van de Nederlandse onderwijzer Jan Schenkman. Dit boekje werd wijd verspreid in Nederlandstalig gebied en bevatte kleurplaten van Sinterklaas en zijn naamloze zwarte knecht. Het boek verscheen in een periode waarin landen het normaal vonden om zogenaamd onderontwikkelde volkeren te kolonialiseren. Sinds de 18e eeuw waren zwarte pages een soort van statussymbool geworden onder rijken en de knecht van Schenkman heeft daar op zijn minst veel van weg. 

Op het einde van de 19e eeuw, maar vooral aan het begin 20e eeuw werd het de gewoonte om Sinterklaas en zijn zwarte helper in levende lijve uit te beelden. Toen al circuleerde het verhaal dat Zwarte Piet zwart was door het roet van de schoorsteen. Op oude foto’s is te zien hoe mensen creatief met dat verhaal omsprongen, met heel diverse kostuums en voorstellingen als resultaat. Maar in de kinderliteratuur werd voornamelijk een stereotiepe domme zwarte man met een 18e-eeuws pagekostuum neergezet. Naarmate de eeuw vorderde, ‘professionaliseerde’ Zwarte Piet - vermoedelijk onder Nederlandse invloed. Sinds de jaren 1980 werd hij steeds ‘mooier’ zwart, de lippen werden zorgvuldiger rood geschminkt en de pruiken werden standaard gekroesd. Ongewild evolueerde de figuur van Zwarte Piet naar een manier om zwarten af te beelden die in andere landen als onaanvaardbaar wordt beschouwd. Sinds de jaren 1960 voeren zwarte gemeenschappen een harde strijd tegen de zogenaamde blackface-traditie. Vandaag is de beeldvorming rond Zwarte Piet nog steeds een aandachtspunt. De voorbije jaren werden er doordachte inspanningen geleverd om het uiterlijk van Piet beter bij het Sinterklaasverhaal te laten passen. Piet is tegenwoordig zwart van roet en niet langer zwart als roet. Deze opvatting maakt ruimte om de traditie met Piet als vaste waarde op meerdere manier in te vullen. 

Foto: Huis van Alijn, Sint en Piet in de jaren 1970