Reuzenkaart

De reuzendatabank krijgt een nieuw jasje!

De nieuwe reuzendatabank is binnenkort te raadplegen op de website van Histories vzw: https://historiesvzw.be

Hieronder vindt u een overzicht van de reuzen in Vlaanderen. Momenteel bevat deze lijst 735 reuzen. Staat uw reus er (nog) niet tussen, voeg deze dan toe.
Ko (Koksijde (Oostduinkerke))
Ko en zijn vrouw Liza zijn vissers naar het beeld van oud-Ijslandvaarder Ko Legein en diens echtgenote Liza Pylyser
Ko (Koksijde)
De reus is gebaseerd op Oud-IJslandvaarder Armand Legein, toen 91 jaar oud.
%AutoEntityLabel%
Eén van de schimpnamen van de Leuvenaars is ‘koeienschieters’ omdat ze volgens de legende ergens tijdens de 17de eeuw het vuur openden op koeien in plaats van op de Franse troepen.
Koben de Peerdemeester (Schellebelle)
Jacobs de Smet is de auteur van het boek 'Den Lusthof van het Cureren der Peerden' dat voor het eerst werd gepubliceerd in 1685. Hij droeg het boek op aan Theodorus Van Roosendeael, de heer van Schellebelle. De reus verwijst tegelijkertijd naar de paardenmarkt tijdens Potjesmarkt.
Koen Crucke (Ledeberg)
Koen Crucke werd in 1952 in Ledeberg geboren. Omdat hij zo graag zong, bood hij zich op jonge leeftijd aan bij het koor van de Gentse Opera. Aanvankelijk kreeg hij enkel kleine rollen, maar later wordt hij benoemd als solist. Koen zal achttien jaar bij de Opera blijven, tot deze in 1988 failliet gaat. De jonge generatie kent Koen Crucke vooral als 'Meneer Spaghetti' uit de kinderreeks Samson & Gert, en als auteur van een aantal kookboeken.
%AutoEntityLabel%
Koning Nobel de Leeuw is een personage uit 'Van den vos Reynaerde', een bekend Vlaams dierenepos uit de 12e/13e eeuw.
%AutoEntityLabel%
De reus “Korno” werd genoemd naar de vissers- en volksfiguur Cornelius Huys. Deze visser trok bij het uitbreken van WO I naar Engeland waar hij terecht kwam bij de koopvaardij, meerbepaald op de lijn naar Moermansk.
Tijdens de oorlog werd zijn schip tot tweemaal toe getorpedeerd. Telkens wist Korno zich te redden.
Kos de Paardenvisser (Koksijde)
Enkel in Oostduinkerke zijn tot op de dag van vandaag paardenvissers actief. Zij zijn nog slechts met zijn tienen en wat ze doen, is uniek in de wereld. De paardenvissers trekken immers op grote Brabantse trekpaarden de Noordzee in om met netten garnalen te vangen. Zo bouwen zij vandaag nog steeds voort op een traditie die zeker al in de 16de eeuw bestond. De reus werd geschapen naar het beeld van Amandus 'Mang' Vanbillemont, hét boegbeeld van de Oostduinkerkse visserij te paard.
%AutoEntityLabel%
het douaniersbestaan (plaatselijk de kommiezen genaamd) wordt met deze reus in de kijker geplaatst. Carolus Tuytens 'alias Kotje' was douanier tussen 1840 en 1860 en verbleef in de kommiezekoten waar hij ook avondles gaf. Kotje was Bruggeling van geboorte en stond bekend als een geletterd man.
De naam werd ontleend aan een personage uit de roman 'Pieter Breugel: Zo heb ik u uit uw werken geroken' van Felix Timmermans. De kleine Pieter wordt er ondergebracht als knechtje bij de rijke Kwabberbil, een vraatzuchtige man. Timmermans beschrijft het personage als een "De baldadige kop met witte floddermuts was altijd etend en drinkend. Hij liep achter zijnen buik. Om zijn voeten goed te zien, moest hij gaan neerzitten...".
Lamme Goedzak is een personage uit Tijl Uylenspiegel. Hij is de beste vriend van Tijl.
Lange Jan (Moortsele)
Aan het kasteel van Moortsele is een bos dat vroeger Lange Jan genoemd werd
%AutoEntityLabel%
De legende wil dat Lange Wapper geboren werd in het gehucht de Nachtegaal in Wilrijk. De pachter Peer-Jan ontdekte hem tussen zijn bed peterselie. Omdat Peer-Jan al vele monden te voeden had, gaf hij Lange Wapper ter adoptie aan een echtpaar dat aan de Brouwersvliet woonde. Hij groeide op tot een flinke jongeman die mensen in nood altijd bijstond. Zo hielp hij een oud vrouwtje tegen een jeugdbende en redde haar van de verdrinkingsdood uit de Schelde. Het vrouwtje gaf hem in dank de gave zichzelf groot en klein te kunnen maken.
Langemarkskie (Roeselare)
Soldaat genoemd naar één van de oudste binnenstraten van Roeselare (Langemarkstraat)
Lauretta (Aalst)
Verwijst naar Lauretta van Dirk van de Elzas, de vrouw van Iwein. Nadat hij vermoord werd, is zij nog 3 keer hertrouwd en scheidde zijn van Hendrik I om non te orden in Vorst waar zij in 1175 kwam te overlijden.
Lea (Oosterzele)
Landskouter als er een gemeentenaam is die staat voor de boerenstiel zal het deze wel zijn.En toch werden de laatste decenia het aantal boeren tot 3 herleid en dan nog allen op rust zodat binnen korte tijd geen enkele boer nog zal resten.Als ode aan de laatste boerengeslachten werd eerst reus Rie gedoopt en een jaar later Lea. Beiden staan voor een zeer oud boerengeslacht nl.Familie Hasaert en Callaert.Hun koppen werden natuurgetrouw weergegeven zijnde in aangepast formaat.
%AutoEntityLabel%
Over Leeme Caduul is er bijzonder weinig terug te vinden. Leeme wordt vermeldt in de legende van Sefa Bubbels en woonde in een 'dishuizeke' langs het Hoenwegelke (huidige Nieuwstraat). Sefa Bubbels was daar bijzonder goed thuis. Iedere keer na de uitdeling van de dis, klopte Sefa aan bij Leeme Caduul waar ze zich tegoed deden aan de brandewijnkruik. Leeme Caduul werd al lang verdacht van toverij; Ze werkte met een 'secker poederken' waar luizen uit voortkwamen. Leeme had ook een kat, een schabouwelijk roste valse duivelinne van een kat.
Leo (Zottegem)
De reus is genoemd naar Leo, de dynamische vertegenwoordiger van het wijkbestuur. De reus heeft een tweelingzus Trees, genoemd naar de secretaresse van Leo.
%AutoEntityLabel%
De kolenmijn van Zolder kende van bij haar ontstaan een aantal zeer grote tegenslagen. De plaatselijke arbeiders wisten het zeker dit alles was behekst en zij wisten door wie, Leyn Wecks, waar hun grootmoeder steeds voor waarschuwden. Na drie faillissementen en 30 jaar tegenslag kon men eindelijk wist gaan maken. Maar het verhaal van de plaatselijke heks is mee de diepte in gegaan, als enige jonge vrouw dreigde ze de jonge mijnwerkers hun vingers af te rukken die op hun beurt het onheil wisten af te wenden met repen chocolade 'Victoria Big Nuts'.

Pages